Er zijn verschillende veelbelovende minimaal invasieve diagnostische tests beschikbaar om Pneumocystis jirovecii-pneumonie vast te kunnen stellen, zo concluderen onderzoekers van McGill University in Clinical Microbiology and Infection. De sensitiviteit en specificiteit varieerden van respectievelijk 36% tot 99% en van 54% tot 100%.
Pneumocystis jirovecii-pneumonie (PCP) is een opportunistische infectie die vooral voorkomt bij immuungecompromitteerde personen. Na een verdenking op basis van de klinische presentatie en ondersteunende radiologische bevindingen zijn respiratoire monsters nodig om de diagnose te bevestigen. In deze systematische review en meta-analyse werden de prestaties van verschillende minimaal invasieve PCP-detectietests beoordeeld. Daarvoor werden Medline, Embase, de Cochrane Library (tot 15 oktober 2020) doorzocht op studies waarin deze tests werden gebruikt bij volwassenen at risk voor PCP en waarin minimaal 10 PCP-gevallen werden beschreven.
Er werden 52 studies geïncludeerd; de meeste daarvan (40) werden uitgevoerd bij met hiv geïnfecteerde personen, 9 studies includeerden zowel hiv- als niet-hiv-patiënten, 2 studies werden uitgevoerd bij personen zonder hiv en in 1 onderzoek werd de hiv-status niet gerapporteerd. Monsters die werden afgenomen waren: geïnduceerd sputum, nasofaryngeaal aspiraat, mondspoeling en bloed. De vier beoordeelde testmodaliteiten waren cytologische kleuring, immuunfluorescentie, PCR en lactaatdehydrogenase. Voor geïnduceerd sputum waren de meeste data beschikbaar; PCR op dit materiaal was zowel zeer sensitief: 99% (95%-BI 51-100) als specifiek: 96% (95%-BI 88-99). Cytologische kleuring van geïnduceerd sputum had een matige sensitiviteit: 50% (95%-BI 39-61) en een hoge specificiteit: 100% (95%-BI 100-100), evenals immuunfluorescentie met een sensitiviteit van 74% (95%-BI 62-87) en specificiteit van 100% (95%-BI 91-100).