In het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ) in Nijmegen zijn speciale opleidingspoli’s waar een aios neurologische patiënten ziet met directe observatie van een supervisor. Dat is voor beiden leuk en leerzaam, vertellen neuroloog/plaatsvervangend opleider Frouke Nijhuis en vierdejaars aios Evelien Hendriks.
Aanleiding voor de onderwijspoli’s waren opleidingsvisitaties in het CWZ in de afgelopen jaren. Daarbij kwam naar voren dat de opleiders goede positieve feedback geven, maar dat dat ook kritischer zou mogen. “Daarop hebben we uiteindelijk de poli-ochtenden in het bestaande onderwijsprogramma ingevoerd”, vertelt Frouke. “Dan is een aios gekoppeld aan een supervisor en zien zij een patiënt samen van begin tot eind.”
Gerichte feedback
Deze manier van werken heeft veel pluspunten, vertelt Evelien. Zo kan zij gericht feedback vragen op vooraf aangegeven leerdoelen, terwijl zij ook terugkoppeling krijgt over het gehele patiëntcontact op de poli. “Bovendien werken we als aios steeds met een andere supervisor. Je hoort dus adviezen van neurologen met verschillende aandachtsgebieden, maar ook met verschillende communicatiestijlen. Daardoor leer je als het ware de fijne kneepjes van het vak.”
Frouke beschrijft de meerwaarde van de opleidingspoli’s ten opzichte van de normale poli’s: “Aios worden altijd al meer of minder direct gesuperviseerd, afhankelijk van hun opleidingsniveau. Maar in de opleidingspoli’s gebeurt die directe observatie echt van begin tot eind en met reflectietijd. Bovendien leer ik er zelf ook van. Ik hoor van aios regelmatig slimme handigheidjes of oplossingen voor bepaalde punten. Pluspunt is ook dat de poli’s eenvoudig zijn te implementeren, zonder extra budget, extra tijd of een uitgebreid projectplan. Deze werkwijze is niet alleen goed voor aios en supervisor, maar het zou ook geschikt zijn voor supervisors onderling om van elkaar te leren.”
Meerwaarde
Evelien vindt de poli’s een mooie aanvulling op de al jaren bestaande zogeheten patiëntendemonstratie. Dan wordt een patiënt uitgenodigd om met alle aios en opleiders tot een diagnose te komen (die dan al wel of nog niet bekend is) via gezamenlijke anamnese, lichamelijk onderzoek en het bespreken van eventueel beschikbaar aanvullend onderzoek. “Dat is eveneens leerzaam, maar vooral medisch-inhoudelijk. De aios krijgt daarbij geen een-op-eenfeedback over bijvoorbeeld de communicatie met de patiënt. De meerwaarde van de opleidingspoli is dat de supervisor gericht observeert hoe de aios te werk gaat in elke fase van het consult.”
Als voorbeeld noemt Evelien een patiënt met verdenking op een neuromusculaire aandoening, die zij kortgeleden zag met de supervisor. “Voor mij was het heel leerzaam om het neurologisch onderzoek samen met de neuroloog te doen, omdat er testen waren die ik nog niet samen met iemand had gedaan. Ik wist dus niet of ik het betreffende onderdeel van het neurologisch onderzoek optimaal uitvoerde en of het misschien op een andere manier kon. Doordat je gezamenlijk de patiënt ziet, kun je de supervisor vragen stellen over een test en wordt meteen meegekeken of je het goed doet. Die kennis neem ik mee naar de volgende patiënt met een soortgelijke vraagstelling.”
Veilig opleidingsklimaat
Een directe observatie kan ook spannend zijn, maar volgens Evelien en Frouke is er een veilig opleidingsklimaat in het ziekenhuis. “Je wordt gehoord, kunt alles zeggen en vragen en krijgt altijd antwoord”, aldus Evelien. “Er is altijd de mogelijkheid om op een positieve manier met elkaar in discussie te gaan. Ik maak hier geen onprettige of ongemakkelijke situaties mee. Dat werkt zelfversterkend: in een open sfeer worden discussies heel gewoon. Dat is uiterst leerzaam.”
Frouke vult aan dat er altijd wel punten zijn waarover inzichten verschillen. “Maar door daarover met elkaar in gesprek te gaan, ervaar je hoe de ander tegen een situatie aankijkt. Dat maakt het opleiden voor mij extra leuk. Een prettige en goede leeromgeving is in ieders belang. Bij eventuele frictie kun je samen tot een oplossing komen.”
Eigen richting vormgeven
De opleidingspoli’s worden zes keer per jaar ingepland en vooraf worden aios een-op-een gekoppeld aan supervisors. Voor ieder koppel wordt een patiënt gepland. Uit evaluaties blijkt dat aios er positief over zijn, vertelt Frouke. Ook Evelien hoort dat. “Deze opleidingsmomenten helpen bij de professionele vorming van de aios. We hebben een zeer gevarieerde groep van zowel aios als neurologen. Doordat je steeds een ander koppel vormt, kun je combineren wat je van verschillende neurologen leert. Zo kun je erachter komen welk type dokter je bent en wat bij je past.”