Mensen die huidscreening ondergaan krijgen te maken met overdiagnose: bij hen wordt vaker een biopsie gedaan en melanoom vastgesteld, met name in-situmelanoom. Dat blijkt uit onderzoek in Australië dat is gepubliceerd in de British Journal of Dermatology.
Afbeelding: Lightfield Studios / stock.adobe.com
Omdat huidmelanoma vaak voorkomen bij lichtgekleurde mensen wordt vroege detectie gezien als een manier om ziekte en sterfte als gevolg daarvan te voorkomen. Maar er zijn zorgen dat toenemende huidscreening leidt tot overdiagnose van indolente melanoma met laag risico op overlijden. Het is echter niet bekend hoe hoog de overdiagnose van melanoma is als gevolg van screening. In de Australische studie zijn de incidentie van melanoma en de biopsieratio’s vergeleken van mensen die wel of geen huidscreening hadden ondergaan.
Opzet
Uit een Australisch populatieregister van 2010 werden willekeurig 43.762 inwoners van Queensland geselecteerd. Zij waren 40 tot 69 jaar en hadden geen voorgeschiedenis van melanoma. Bij de start vulden zij een uitgebreide vragenlijst in voor risicofactoren voor melanoma. Tevens werd hen gevraagd of hun huid in de voorliggende 3 jaar was geïnspecteerd door een arts. De onderzoekers berekenden de incidentie, en het relatieve risico van histologisch bevestigde melanoma (invasief en in situ) in 2 tot 7 jaar follow-up. Data daarover kwamen uit de kankerregistratie. In secundaire analyses werden biopsieratio’s gemeten in 2 tot 6 jaar follow-up. Met statistische analyse werden de aangepaste hazard-ratio’s (aHR’s) en 95%-betrouwbaarheidsintervals berekend.
Hogere ratio’s
Het bleek dat 28.155 deelnemers in de voorliggende 3 jaar huidscreening hadden ondergaan. De onderzoekers vonden 967 nieuwe melanoma (381 invasief) gedurende 197.191 persoonsjaren van follow-up. Mensen die waren gescreend hadden hogere ratio’s van melanoma (aHR 1,29; 95%-BI 1,02-1,63) en daaropvolgende huidbiopsieën (aHR 1,85; 95%-BI 1,69-2,04) dan niet gescreende deelnemers. Het hogere risico dat was gerelateerd aan huidscreening was duidelijk voor in-situmelanoma (aHR 1,45; 95%-BI 1,09-1,92) maar niet voor invasieve melanoma (aHR 1,05; 95%-BI 0,72-1,54).
Voor de secundaire analyses was screening gedefinieerd als het ondergaan van een huidbiopsie in het eerste jaar vanaf baseline. De onderzoekers zagen significant verhoogde risico’s op melanoma (aHR 1,53; 95%-BI 1,23-1,89) en daaropvolgende biopsies (aHR 2,64; 95%-BI 2,46-2,84) vergeleken met mensen die geen biopsie hadden ondergaan.
Verhoogde kans
De onderzoekers concluderen dat mensen die huidscreening ondergaan vervolgens te maken hebben met een verhoogde kans op een biopsie en op melanoma, vooral in-situmelanoma. Zelfs na correctie voor alle bekende risicofactoren is sprake van overdiagnose. Dat betekent dat verhoogde surveillance leidt tot het vinden van melanoma die deels anders niet klinisch zouden zijn gevonden.
In Nederland heeft de Gezondheidsraad medio 2022 geoordeeld dat er geen wetenschappelijk bewijs is voor het nut van een bevolkingsonderzoek naar huidkanker. Een dergelijk programma is daarom niet zinvol, constateert de raad.
Referentie:
Whiteman DC, Olsen CM, MacGregor S, et al. The effect of screening on melanoma incidence and biopsy rates. Br J Dermatol. 2022;187:515-22.
Dit interview is verschenen in MedNet Oncologie – Special Melanoom 2023. Ook deze artikelen zijn in de Special Melanoom verschenen:
- Aantal diagnoses huidkanker in 2022 gestegen
- Fase III-studie toont meerwaarde TIL aan bij gemetastaseerd melanoom
- Keuzehulp voor adjuvante therapie bij huidmelanoom
- Kosteneffectiviteit van de-escalatie immuuntherapie bij gevorderd melanoom
- Veel potentie voor biomarkers voor melanoom
- Subsidie van twee ton voor app die mensen helpt na een melanoom
- Voedingspatroon beïnvloedt effect immuuntherapie bij gevorderd melanoom