Patiënten met RA die starten met een immuuncheckpointremmer hebben een vergelijkbaar risico op overlijden en ernstige immuungerelateerde bijwerkingen als patiënten zonder RA. Deze bevindingen suggereren dat RA-patiënten veilig checkpointremmers kunnen krijgen voor de behandeling van kanker.
Voor dit retrospectieve onderzoek werden 11.901 patiënten geïdentificeerd die tussen 2011 en 2021 startten met een immuuncheckpointremmer voor de behandeling van kanker. Van hen voldeden er 101 aan de ACR-EULAR-criteria van 2010 voor RA; 87 van hen werden gekoppeld aan 203 patiënten zonder RA. De mediane leeftijd was 71,2 jaar (IQR 63,2–77,1), 61% van de deelnemers was vrouw en 92% was blank. PD-1 was het meest voorkomende target van de immuuncheckpointremmer (92% van de patiënten met RA versus 93% van de patiënten zonder RA). Longkanker was het meest voorkomende kankertype (49% versus 56%), gevolgd door melanoom (24% versus 25%). 69% van de patiënten met RA versus 63% van de niet-RA-patiënten overleed (gecorrigeerde HR 1,16; 95%-BI 0,86-1,57; p = 0,30). Immuungerelateerde bijwerkingen (elke graad) kwamen voor bij 53 patiënten met RA (61%) versus 99 zonder RA (49%); gecorrigeerde HR 1,72; 95%-BI 1,20-2,47; p = 0,058. Er waren 2 (1%) graad 5 immuungerelateerde bijwerkingen (sterfgevallen) als gevolg van myocarditis, beide in de niet-RA-groep. Opvlammingen van RA kwamen voor bij 42 patiënten (48%) met RA en inflammatoire artritis bij 14 patiënten zonder RA (7%; p < 0,0001). Patiënten met RA hadden minder vaak huiduitslag of dermatitis (6% versus 14%; p = 0,048), endocrinopathie (2% versus 11%; p = 0,0078), colitis of enteritis (7% versus 14%; p = 0,094) en hepatitis (3% versus 9%; p = 0,043).
Bron:
McCarter KR, Wolfgang T, Arabelovic S, et al. Mortality and immune-related adverse events after immune checkpoint inhibitor initiation for cancer among patients with pre-existing rheumatoid arthritis: a retrospective, comparative, cohort study. Lancet Rheumatol. 2023 Mar 27. Online ahead of print