1 maart jl. publiceerde de V&VN de richtlijn Decubitus, die is ontwikkeld door het Radboudumc (afdelingen Plastische Chirurgie en IQ healthcare) en de Hogeschool Arnhem en Nijmegen. Deze richtlijn biedt praktische tips voor de detectie en aanpak van decubitus. Ook voor dermatologen.
Gezien de COVID-epidemie, waarbij patiënten soms wekenlang in buikligging op de IC moeten liggen, is dit een actueel probleem. Door de buikligging kan zelfs decubitus in het gezicht ontstaan. Decubitus kan ook ontstaan bij zorgverleners die vanwege de COVID-zorg de hele dag strakke maskers moeten dragen. Hoewel deze vormen van decubitus een actueel probleem zijn, zijn dit toch bijzondere/uitzonderlijke gevallen. Decubitus komt veel vaker voor op de hiel en het sacrum dan in het gezicht.
Lokale beoordeling
Voor de lokale beoordeling van een decubituswond wordt geadviseerd om het WCS-model of het TIME-model. Het WCS-model is een betrouwbaar en accuraat meetinstrument om de kleur (zwart, geel en/of rood) van de wond te kunnen vaststellen en wordt wereldwijd toegepast. Dit model is ontwikkeld door de Zweedse dermatoloog Lars Hellgren in samenwerking met het Nederlands Kenniscentrum Wondzorg.
Het TIME-model is een gedetailleerder model dat vooral bij complexe wonden wordt toegepast. Dit model beschrijft de wond op basis van vier lokale kenmerken: weefsel, infectie, vochtigheid en wondranden (tabel 1).
Tabel 1. Beschrijving van het TIME-model.
Preventie en interventies
Na het ontstaan van een decubituswond moeten de volgende twee interventies plaatsvinden: intensiveren van de preventieve maatregelen en behandelen van de decubituswond. Het intensiveren van de preventieve maatregelen is gericht op het verminderen van druk- en schuifkrachten. De richtlijn adviseert om vast te stellen waar sprake is of kan zijn van druk- en schuifkrachten en deze zoveel mogelijk te beperken, bijvoorbeeld door een houdingsverandering. Verder kan een drukverlagend matras of kussen uitkomst bieden. De werkgroep benadrukt dat deze hulpmiddelen aanvullend zijn op wisselhoudingsschema’s en dat met die wisselschema’s doorgegaan moet worden. De houdingsveranderingen zijn volgens de werkgroep verreweg het belangrijkst om decubitus te voorkomen. Er moet voorkomen dat de patiënt op de decubituswond zit of ligt. Daarnaast kunnen andere, hoogwaardiger materialen gebruikt worden.
Ook in geval van een manifeste decubituswond moet doorgegaan worden met de preventieve maatregelen. Daarnaast moet worden nagegaan wat de oorzaak van de decubituswond is. Daar moeten interventies op ingezet worden. Als de decubituswond niet binnen twee weken verbetert, dan moet de patiënt naar een expert wondbehandeling verwezen worden.
Bron:
V&VN, Radboudumc en HAN University of Applied Sciences. Richtlijn Decubitus. 1 maart 2021.