Noorse onderzoekers vonden in een analyse van drie grote Europese cohorten dat de 15q25.1-regio sterk is geassocieerd met de gevoeligheid voor ondersteluchtweginfecties. Daarnaast bleek uit Mendeliaanse randomisatie-analyses dat ook een toegenomen BMI, roken en bloeddruk zijn geassocieerd met een verhoogd risico.
Foto: hywards / Fotolia
Er is nog weinig bekend over de genetische gevoeligheid voor ondersteluchtweginfecties (OLWI’s) en de interactie met mogelijke risicofactoren, zoals roken, obesitas, diabetes en luchtverontreiniging. In deze studie werden gegevens van de UK Biobank, Trøndelag Health Study (HUNT) en FinnGen gebruikt voor een genoombrede associatiestudie (GWAS) om genetische loci te identificeren die zijn geassocieerd met de gevoeligheid voor OLWI’s. Cases waren personen die met een OLWI waren opgenomen in het ziekenhuis en controles waren personen zonder een dergelijke ziekenhuisopname. De GWA-analyses werden gestratificeerd naar rookstatus (ooit/nooit gerookt) en geslacht. Daarnaast werden Mendeliaanse randomisatie (MR) analyses uitgevoerd om associaties tussen cardiometabole risicofactoren en OLWI te identificeren.
In totaal werden 25.320 cases en 575.294 controles geïncludeerd. De 15q25.1-locus bereikte genoombrede significantie in de meta-analyse (rs10519203: OR 0,94; p = 3,87 x 10-11). Het beschermende effect van het A-allel van rs10519203 was aanwezig bij rokers (OR 0,90; 95%-BI 0,87-0,92; p = 1,38 x 10-15), maar niet bij niet-rokers (OR 1,01; 95%-BI 0,97-1,06; p = 5,20 x 10-01). In MR-analyses werd gevonden dat ook een hogere BMI (OR 1,31; 95%-BI 1,24-1,40; p = 3,78 x 10-18), roken (OR 2,83; 95%-BI 2,34-3,42; p = 6,56 x 10-27) en systolische bloeddruk (OR 1,11; 95%-BI 1,02-1,22; p = 1,48 x 10-2) het risico op OLWI’s aanzienlijk verhoogde.