In een recente Nederlandse studie, op basis van data uit de Nederlandse Kankerregistratie, is geen bewijs gevonden voor een gunstig effect van een snelle start van de behandeling bij niet-kleincellige longkanker (NSCLC) stadium III en IV.
Over het algemeen wordt gedacht dat het goed is om zo snel als kan te starten met de behandeling van patiënten met NSCLC. Het risico op overlijden bleek echter verlaagd bij patiënten met stadium III, met een langere tijd tot behandeling, die alleen radiotherapie ontvingen of een vorm van systemische therapie.
Ook was het risico op overlijden verlaagd bij patiënten met een langere tijd tot behandeling met stadium IV die chemotherapie en/of immuuntherapie kregen. Er werd geen verband gevonden tussen de tijd tot behandeling en het risico op overlijden bij patiënten met stadium III die behandeld werden met chemoradiotherapie en bij patiënten met stadium IV die doelgerichte therapie kregen
Nu langer wachten met het starten van behandeling soms zelfs lijkt samen te hangen met een lager risico op overlijden, kunnen behandelaars dit ook duidelijk aan patiënten uitleggen. Complexere diagnostische procedures vertragen vaak de start van de behandeling. Het advies van de onderzoekers is om de tijd tot behandeling en de impact ervan continu te evalueren als therapeutische opties verder ontwikkelen.
Bron: