Mensen met MS die overstappen van natalizumab via het infuus naar subcutane toedoening kunnen lagere concentraties van het middel in hun bloed krijgen dan tijdens de intraveneuze behandeling. Dat zijn de resultaten van een klein onderzoek, dat onlangs is gepubliceerd in het Journal of Neurology, Neurosurgery & Psychiatry.
Alyssa Toorop van het MS Centrum Amsterdam heeft binnen de NEXT-MS-studie gekeken naar natalizumab-concentraties bij patiënten die overstapten van natalizumab-infusen naar subcutaan gebruik. 15 deelnemers stapten over. De subcutane toediening werden volgens hetzelfde schema gegeven als de infusen.
Het bleek dat de natalizumab-concentraties in het bloed, gemeten vlak voor een volgende injectie, bij de meeste patiënten lager waren na subcutane toediening in vergelijking met een infuus. Er was geen sprake van MS-ziekteactiviteit bij de 15 deelnemers.
Wel werd door de lagere natalizumab-concentraties in het bloed bij een aantal deelnemers het behandelinterval verkort om te zorgen dat er voldoende natalizumab in het bloed aanwezig bleef.
Het monitoren van de concentraties natalizumab bij mensen die overstappen van i.v. naar s.c. is belangrijk wanneer patiënten langere behandelintervallen hebben dan het reguliere schema, aldus de onderzoekers.
Bron: