Sinds 6 jaar geleden de Upper GI International Robotic Association (UGIRA) werd opgericht, heeft de organisatie zich ingezet om de opleiding van robotchirurgen te verbeteren en de wetenschappelijke kennis over robotchirurgie bij maag/slokdarmoperaties te vergroten. Dit heeft bijgedragen aan een sterke toename van het aantal robotchirurgen wereldwijd en geleid tot diverse wetenschappelijke publicaties. De robotchirurgen organiseerden afgelopen zomer een eerste congres in Taiwan, vertelt UGIRA-voorzitter prof. dr. Richard van Hillegersberg (UMC Utrecht).
Het congres in Taiwan is het voorlopige hoogtepunt van een verhaal dat begin deze eeuw in onder meer Nederland begon, in het bijzonder in het UMC Utrecht. Daar pionierden oncologisch chirurg Richard van Hillegersberg en collega’s met robotchirurgie voor slokdarmoperaties. “We waren in 2003 één van de eerste groepen wereldwijd die slokdarmoperaties met een robot deden”, vertelt Van Hillegersberg. “Door deze minimaal invasieve operaties met robottechnologie uit te voeren, is het mogelijk om heel nauwkeurig te werken en kun je ook uitgebreidere operaties doen.
Destijds was nog niet zo duidelijk of robotchirurgie meerwaarde heeft bij dit soort operaties. Om dat uit te zoeken, voerden Van Hillegersberg en collega’s een gerandomiseerd onderzoek uit, dat in 2019 werd gepubliceerd in Annals of Surgery1. Van Hillegersberg: “Daaruit blijkt dat robotchirurgie op veel fronten een betere uitkomst heeft voor patiënten dan de conventionele open behandeling. Patiënten herstellen sneller, hebben minder pijn en tijdens de operatie zelf is er minder bloedverlies. En dat alles gaat gepaard met goede oncologische uitkomsten. Sinds dat soort onderzoeksresultaten bekend werden, zijn we internationaal dit soort operaties steeds meer als de standaard gaan zien.”
Scholingsprogramma’s
“Maar dat betekent niet dat iedereen dit zomaar kan uitvoeren”, vervolgt Van Hillegersberg. “Het is een complexe operatie, je hebt de apparatuur nodig en je moet weten hoe je de robot moet bedienen.” Om die reden zijn er, in samenwerking met robotfabrikant Intuitive Surgical, scholingsprogramma’s ontwikkeld met als doel om chirurgen hierin te trainen. “De firma die deze robot levert, heeft samen met UGIRA een mooi programma opgezet om teams te trainen. Daarbij ondersteunen ze dat teams die dit willen leren naar expertcentra komen om een basistraining te volgen. Tevens gaan wij naar andere centra om daar bij de eerste operaties te zijn en om ze te helpen de infrastructuur op te zetten. UGIRA faciliteert dit alles.”
Van Hillegersberg: “We hebben vanuit UGIRA ook een fellowshipprogramma voor jonge chirurgen. Intuitive Surgical heeft beurzen beschikbaar gesteld om chirurgen gedurende een jaar naar een expertcentrum te sturen om de techniek te leren. In het UMC Utrecht hebben we nu bijvoorbeeld chirurgen uit Singapore en Ierland die de techniek leren door mee te lopen. Daarnaast organiseren we cursussen, zoals een cursus waarbij in een kadaverlab de techniek kan worden geoefend. Zo zijn er wereldwijd meer van dat soort cursussen die door UGIRA worden ondersteund.”Â
Registry
Bovendien zetten de leden van UGIRA zich in om de kennis over de effecten van robotchirurgie te vergroten. Onder de vlag van de organisatie zijn hiervoor online registraties opgezet, waarvan recent resultaten werden gepubliceerd.2 Van Hillegersberg: “Daar kunnen we veel van leren. Bijvoorbeeld welke anastomosetechniek het beste resultaat oplevert. Daarnaast konden we aantonen dat wanneer zowel de thoracale als abdominale fase van de operatie robotisch wordt uitgevoerd, de resultaten beter zijn.”
Bijzonder is verder dat alle seniorleden van UGIRA een aanvraag kunnen doen om met de registry-data onderzoek te doen. “Iedereen die chirurgische data bijdraagt aan de UGIRA-registry kan een voorstel doen voor onderzoek met de data”, vertelt Van Hillegersberg. “Als dat wetenschappelijk gezien een goed voorstel is, kunnen ze namens de hele UGIRA-groep onderzoek doen. Er is inmiddels een heel aantal van dat soort studies in de maak.”Â
Elkaar helpen
Behalve voor de presentatie van dergelijke wetenschappelijke studies, vormde het congres een uitgelezen mogelijkheid om ervaringen uit te wisselen en om samen te werken bij het opzetten van nieuwe studies op het gebied van robotchirurgie voor maag/slokdarmoperaties, stelt Van Hillegersberg. “Het is denk ik heel belangrijk om alle chirurgen uit de verschillende continenten bij elkaar te hebben, om ervaringen te horen van hoe zij programma’s hebben opgezet. Om een voorbeeld te noemen: in ArgentiniĂ« zijn er nu 2 robotsystemen in het hele land. Zij bevinden zich nog echt in de beginfase van de leercurve en worden daarbij ondersteund vanuit ons centrum. Anderzijds zijn er in de VS centra met 12 systemen in 1 ziekenhuis. Zij lopen juist verder voorop. Door hierover met elkaar ervaringen uit te wisselen, kun je elkaar helpen.”
De organisatie vormt inmiddels een inspiratiebron voor andere oncologisch chirurgen. Van Hillegersberg is gevraagd om volgend jaar tijdens een congres voor de Europese hoofd-halschirurgen een voordracht te houden over UGIRA. “Zij bedrijven ook robotchirurgie en willen dat graag met een internationale groep op een vergelijkbare manier vormgeven.”
Het tweede UGIRA-congres is inmiddels al gepland en zal in 2025 plaatsvinden in de Verenigde Staten.Â
Referenties:
- Van der Sluis PC, Van der Horst S, May AM, et al. Robot-assisted Minimally Invasive Thoracolaparoscopic Esophagectomy Versus Open Transthoracic Esophagectomy for Resectable Esophageal Cancer. Ann Surg. 2019; 269:621-30.
- Kingma BF, Grimminger PP, Van der Sluis PC, et al. Worldwide Techniques and Outcomes in Robot-assisted Minimally Invasive Esophagectomy (RAMIE): Results From the Multicenter International Registry. Ann Surg. 2022;276:e386-e392.Â