In een landelijke studie, onlangs gepubliceerd in Clinical Oncology, worden de trends en variaties in het gebruik van radiotherapie bij de behandeling van invasieve niet-gemetastaseerde borstkanker in Nederland belicht.
De behandelopties voor borstkanker zijn de afgelopen decennia sterk geëvolueerd. Gepersonaliseerde zorg speelt hierin een steeds grotere rol.
Met dit onderzoek, waarbij gebruik werd gemaakt van gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR), wordt beoogd clinici inzicht te geven in de landelijke veranderingen en variaties in het gebruik van radiotherapie bij de behandeling van borstkanker en ze daarmee te ondersteunen bij de behandelkeuzes.
In de studie werden de gegevens van 176.292 vrouwen geanalyseerd die van 2008 tot en met 2019 de diagnose invasieve niet-gemetastaseerde borstkanker kregen.
Het gebruik van radiotherapie steeg van 61% in 2008 naar 70% in 2016, met name door een verschuiving van mastectomie naar borstsparende therapie. In 2016-2019 werd radiotherapie na borstsparende chirurgie vaker weggelaten, vooral bij oudere patiënten.
Het gebruik van boostbestraling bij borstsparende therapie daalde aanzienlijk (66% in 2011 naar 37% in 2019). Regionale radiotherapie werd steeds vaker toegepast in plaats van okselklierdissectie bij N+ ziekte. De onderzoekers vonden regionale variaties in het gebruik van boostbestraling en regionale radiotherapie, wat mogelijk verschillen in lokale behandelprotocollen weerspiegelt.
Bron: