Patiënten met een positieve HDV RNA-status hebben een significant hoger risico op progressie van leverziekte en mortaliteit in vergelijking met patiënten met een negatieve HDV RNA-status. Deze bevindingen benadrukken de noodzaak van verbeterde HDV-screening en behandeling om het risico op levergerelateerde morbiditeit en mortaliteit te verlagen.
Het hepatitis D-virus (HDV) is een incompleet RNA-virus dat zich alleen kan repliceren in de aanwezigheid van het hepatitis B-virus (HBV). In deze systematische literatuurstudie en meta-analyse werd de associatie onderzocht tussen de HDV RNA-status en het risico op gevorderde leverziekte bij patiënten die HBsAg en HDV-antilichaam positief zijn. Er werden 12 studies met in totaal 4876 patiënten meegenomen in de meta-analyse. De meerderheid van de deelnemers was mannelijk (53-77%) met een gemiddelde/mediane leeftijd variërend van 30 tot 52,9 jaar. De follow-upperiode varieerde tussen 3 en bijna 20 jaar.
De aanwezigheid van HDV RNA+ was geassocieerd met een toegenomen risico op gevorderde leverziekte (risk ratio 1,48 (95%-BI 0,93-2,33); HR 2,62 (1,55-4,44)). Vergeleken met patiënten met een HDV RNA- status, was HDV RNA+ geassocieerd met een significant hoger risico op progressie naar gecompenseerde cirrose (risk ratio 1,74 (1,24-2,45)), gedecompenseerde cirrose (HR 3,82 (1,60-9,10)), hepatocellulair carcinoom (HR 2,97 (1,87-4,70)), levertransplantatie (HR 7,07 (1,61-30,99)) en levergerelateerde mortaliteit (HR 3,78 (2,18-6,56)).
De bevindingen benadrukken het belang van verbeterde HDV-screening bij patiënten met chronische HBV, en dus vroegere detectie van HBV/HDV en behandeling om het risico op levergerelateerde morbiditeit en mortaliteit te verlagen.
Bron: