Het promotieonderzoek van Ildikó Orsolya Gaál laat zien dat epigenetische veranderingen een ‘getraind’ immuunsysteem creëren dat jichtsymptomen verergert. Ze promoveerde 25 maart jl. aan de Radboud Universiteit te Nijmegen.
Oorspronkelijk werden scherpe kristallen van monosodiumuraat gezien als de enige oorzaak van jicht. Nieuwere onderzoeken tonen echter aan dat zowel oplosbaar als gekristalliseerd uraat bijdraagt aan verhoogde ontsteking en dat genetische factoren mede bepalend zijn voor hoe het lichaam uraat verwerkt.
Het proefschrift van Gaál vestigt de aandacht op verschillende genen die zijn geassocieerd met het jichtrisico, waaronder IL1RN/IL1F10, die ontstekingsremmende moleculen kunnen beïnvloeden, en IGF1R, dat mogelijk de ernst van de ziekte bepaalt. Daarnaast blijken hogere uraatwaarden geassocieerd te zijn met een verhoogde activiteit van het IL1R1-gen, wat wijst op extra ontstekingsroutes.
Onderzoek bij muizen laat eveneens zien dat overtollig uraat tot systemische ontsteking leidt, terwijl breedspectrum methylatieremmers deze schadelijke effecten kunnen terugdraaien.
Gaál behaalde haar master in Toegepaste Biotechnologie aan de Universiteit voor Landbouwwetenschappen en Diergeneeskunde in Roemenië. In 2017 begon ze haar promotieonderzoek aan de Universiteit voor Geneeskunde en Farmacie in Cluj en sloot zich in 2019 aan bij het gezamenlijke PhD-programma van het Radboudumc.
Bron: