Resectie van de primaire tumor bij gemetastaseerde borstkanker toont wisselende resultaten. Enerzijds vonden Dominique van Uden en anderen een voordeel bij inflammatoire borstkanker (IBC), anderzijds toonde een prospectieve studie van de ECOG-ACRIN Research Group, die vooralsnog alleen in abstractvorm tijdens het ASCO-congres is gepresenteerd, geen voordeel bij reguliere borstkanker. Op basis van deze en andere analyses naar IBCpromoveerde Van Uden eind november 2020 aan de Radboud Universiteit.
IBC is niet alleen de meest agressieve, maar ook de meest zeldzame vorm van borstkanker. āWe hebben gevonden dat 40% van de patiĆ«nten met IBC reeds bij presentatie metastasen heeftā, benoemt Van Uden een andere studie uit zijn promotietraject. De zeldzaamheid en agressiviteit zijn twee redenen waarom IBC vaak geĆ«xcludeerd wordt in studies naar reguliere borstkanker. Daardoor zijn er weinig gegevens over de effecten van resectie van de primaire tumor bij stadium IV IBC. Dat is uitgezocht in een grote Nederlandse studie.
Grote Nederlandse studie naar IBC
PatiĆ«nten bij wie in de periode 2006-2016 stadium IV IBC was vastgesteld, werden geselecteerd uit de Nederlandse Kankerregistratie. āPatiĆ«nten van wie de hormoonreceptorstatus niet was bepaald of niet bekend was en patiĆ«nten die geen behandeling hadden gekregen, zijn geĆ«xcludeerdā, laat Van Uden, eerste auteur van de publicatie van deze studie, weten. āOok moesten ze het eerste half jaar overleefd hebben om te corrigeren voor bijvoorbeeld vroegtijdig overlijden of andere problematiek die in de eerste fase kan optreden.ā Na exclusie bleven van de 750 oorspronkelijk gevonden patiĆ«nten 580 patiĆ«nten over. Van hen kreeg 76% alleen een niet-chirurgische behandeling en 24% onderging een operatie, bij de meesten (96%) een mastectomie.1
In het niet-gematchte cohort ging chirurgie op een onafhankelijke wijze gepaard met een betere overleving (HR 0,56).1 āGeopereerde patiĆ«nten zijn over het algemeen jonger en hebben minder metastasenā, aldus Van Uden, die tegenwoordig werkt als chirurg in het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem. āDat is ook het huidige beleid in de dagelijkse praktijk. Met name voor jonge/fitte patiĆ«nten met weinig metastasen zou je een in opzet curatief traject in kunnen gaan.ā Om te corrigeren voor dergelijke verschillen, hebben de onderzoekers de patiĆ«nten gematcht. In beide groepen bleven zoān 100 patiĆ«nten met vergelijkbare tumorkenmerken over. āDaarbij blijft het verschil in overleving bestaanā, laat hij weten (pĀ <Ā 0,005). Ook bij multivariabele analyse van het gematchte cohort ging chirurgie gepaard met een betere overleving (HR 0,62). Deze studie wijst er dus op dat chirurgie van de primaire tumor gepaard gaat met een verbeterde algehele overleving (OS). Van Uden vindt dan ook dat chirurgie zeker overwogen zou moeten worden bij patiĆ«nten die zich presenteren met stadium IV IBC.1
Chirurgie van reguliere borstkanker
Ongeveer 6% van de patiĆ«nten met nieuw gediagnosticeerde borstkanker heeft stadium IV ziekte en een intacte primaire tumor. Voorheen werd gedacht dat, omdat er reeds metastasen aanwezig waren, een lokale therapie geen extra overlevingsvoordeel zou opleveren ten opzichte van alleen systeemtherapie. Deze benadering, die zoān 20 jaar geleden begon, is in twijfel getrokken door het idee dat de primaire tumor een bron zou kunnen zijn van het opnieuw metastaseren van de kanker. Uit meerdere retrospectieve analyses bleek namelijk dat een locoregionale behandeling van een intacte primaire tumor de overleving verbetert. Wat deze discussie nog ingewikkelder maakte, was dat 2 gerandomiseerde klinische studies die in de afgelopen 5 jaar zijn gepubliceerd tegenstrijdige resultaten hadden.
ASCO-abstract
Om de mogelijke waarde van een locoregionale behandeling van een intacte primaire tumor na initiĆ«le systeemtherapie prospectief te bepalen, is de fase III E2108-studie opgezet. Tijdens een āLate breaking abstractā-sessie op het ASCO-congres werden enkele resultaten getoond. Alle 390 gerekruteerde patiĆ«nten kregen optimale systeemtherapie, gebaseerd op het aantal betrokken orgaansystemen en de status van tumorbiomarkers. Van degenen bij wie de ziekte reageerde op de initiĆ«le systeemtherapie of stabiel bleef, gaven 256 vrouwen toestemming om willekeurig te worden toegewezen om door te gaan met systeemtherapie of chirurgie en bestraling te krijgen en vervolgens door te gaan met systeemtherapie.2
Er werd geen significant verschil in 3-jaars OS gevonden: 68,4% in de groep die systeem- plus locoregionale behandeling kreeg versus 67,9% in de groep die alleen systeemtherapie kreeg (p = 0,63; HR 1,09). Ook was er geen significant verschil in progressievrije overleving (p = 0,40). Wel traden in de groep die alleen de systeemtherapie kreeg significant vaker locoregionale recidieven en progressie op (3-jaarspercentage 25,6% vs. 10,2%; p = 0,003). āHierover zijn wat tegenstrijdige berichten in de prospectieve studiesā, bemerkt Van Uden. āEĆ©n studie3 toonde dat chirurgie resulteert in overlevingswinst, maar pas na een langere follow-up, terwijl twee andere studies4,5 geen verschil tussen de behandelgroepen toonden.ā
Daarnaast vergeleek de E2108-studie de kwaliteit van leven in de 2 groepen. Die was 18 maanden na randomisatie significant slechter bij degenen die een systeem- plus locoregionale behandeling kregen, dan in de groep die alleen de systeemtherapie kreeg (p = 0,01). Er werd echter geen verschil waargenomen in maand 6 en 30.2
Deze studie toont dus dat vroege lokale therapie niet resulteerde in een betere overleving bij patiƫnten met gemetastaseerde borstkanker en een intacte primaire tumor. Hoewel er zonder locoregionale behandeling een 2,5 maal hoger risico was op lokale ziekteprogressie, resulteerde een locoregionale behandeling van de intacte primaire tumor niet in een betere kwaliteit van leven.2
Vergelijking en implicaties
Gezien de positieve bevindingen van bovengenoemde Nederlandse studie naar IBC zou het interessant zijn om te weten wat de uitkomsten bij die patiĆ«ntencategorie in de fase III E2108-studie zijn. Van Uden heeft hierover contact gehad met de eerste auteur. āHij gaf aan dat ze een handjevol patiĆ«nten met IBC hadden, maar veel te weinig om daar analyses naar te doen. Dat maakt de vergelijking lastig. We weten niet zoveel van deze patiĆ«ntencategorie.ā Tegelijkertijd is Van Uden zich ervan bewust dat zijn eigen studie retrospectief was. āInherent daaraan is er altijd een bepaald type bias. Dit is nog geen keihard bewijs en moet bij voorkeur prospectief uitgezocht worden. Het is echter lastig om zoān groep bij elkaar te krijgen.ā
De Nederlandse richtlijn adviseert om zowel bij stadium III IBC, als bij stadium IV IBC chirurgie te overwegen. āDat advies is overgenomen uit een internationale consensusā, vertelt Van Uden. Daarbij is een drietal criteria van belang: āTen eerste zijn het vooral patiĆ«nten met een relatief beperkte ziektelast, dus gelimiteerde metastatische ziekte. Het heeft immers niet zoveel zin om de primaire tumor te verwijderen als er enorm veel metastasen zijn. Zeker bij patiĆ«nten met hersenmetastasen moet je niet opereren. Daarnaast moet de patiĆ«nt de systeembehandeling en operatie aankunnen. PatiĆ«nten met veel comorbiditeit zullen waarschijnlijk niet dit behandeltraject kunnen ondergaan. Ten slotte is een goede respons op systeemtherapie van belang om een locoregionale behandeling te geven.ā
ibcgemetastaeferenties
- Van Uden DJP, van Maaren MC, Strobbe LJA, et al. Better survival after surgery of the primary tumor in stage IV inflammatory breast cancer. Surg Oncol. 2020;33:43-50.
- Khan SA, Zhao F, Solin LJ, et al. A randomized phase III trial of systemic therapy plus early local therapy versus systemic therapy alone in women with de novo stage IV breast cancer: A trial of the ECOG-ACRIN Research Group (E2108). J Clin Oncol 38: 2020 (suppl; abstr LBA2).
- Soran A, Ozmen V, Ozbas S, et al. Randomized Trial Comparing Resection of Primary Tumor with No Surgery in Stage IV Breast Cancer at Presentation: Protocol MF07-01. Ann Surg Oncol. 2018;25:3141-9.
- Badwe R, Hawaldar R, Nair N, et al. Locoregional treatment versus no treatment of the primary tumour in metastatic breast cancer: an open-label randomised controlled trial. Lancet Oncol. 2015;16:1380-8.
- Fitzal F, Bjelic-Radisic V, Knauer M, et al. Impact of Breast Surgery in Primary Metastasized Breast Cancer: Outcomes of the Prospective Randomized Phase III ABCSG-28 POSYTIVE Trial. Ann Surg. 2019;269:1163-9.