Zoutvervangers met een lager natrium- en hoger kaliumgehalte kunnen niet alleen de bloeddruk verlagen maar ook het risico op cardiovasculaire events en sterfte. Dat blijkt uit een grote open-label, clustergerandomiseerde studie die recent verscheen in de New England Journal of Medicine.
Fotocredit: Detry26/Getty Images/iStock
Aan dit onderzoek deden 20.995 personen uit 600 dorpen op het Chinese platteland mee. Dorpsbewoners konden geïncludeerd worden als ze een CVA in de voorgeschiedenis hadden of 60 jaar of ouder waren en een te hoge bloeddruk hadden. De dorpen werden gerandomiseerd naar de interventiegroep waarin deelnemers een zoutvervanger gebruikten (75% natriumchloride en 25% kaliumchloride (massaprocent)), of de controlegroep waarin deelnemers normaal zout (100% natriumchloride) bleven gebruiken.
Vervolgens werden de deelnemers gemiddeld 4,74 jaar gevolgd tot een van de uitkomstmaten optrad. De primaire uitkomstmaat was een CVA en de secundaire uitkomstmaten waren ‘major adverse cardiovascular events’ (MACE; samengestelde uitkomstmaat voor niet-fatale CVA, niet-fataal acuut coronair syndroom of cardiovasculaire sterfte) en overlijden (ongeacht oorzaak).
In de interventiegroep traden minder CVA’s op dan in de controlegroep: 29,14 tegenover 33,65/1000 persoonsjaren (rate ratio 0,86; 95%-BI 0,77-0,96; p = 0,006). Ook de aantallen MACE (49,09 tegenover 56,29/1000 persoonsjaren; rate ratio 0,87; 95%-BI 0,80-0,94; p < 0,001) en sterfgevallen (39,28 tegenover 44,61/1000 persoonsjaren; rate ratio 0,88; 95%-BI 0,82-0,95; p < 0,001) waren lager in de groep met zoutvervangers dan in de groep die nog gewoon zout gebruikte.
Hyperkaliëmie bleek niet tot problemen te leiden, want het aantal ‘serious adverse events’ door hyperkaliëmie was niet hoger in de interventiegroep dan in de controlegroep (3,35 tegenover 3,30/1000 persoonsjaren; rate ratio 1,04; 95%-BI 0,80-1,37; p = 0,76).
Bron: